De petrodollar laat de VS toe om te consumeren zonder te produceren.
De VS kan namelijk goederen vanuit heel de wereld importeren en betalen met vers gedrukte dollars. Het grootste exportproduct van de Amerikanen is de dollar.
Dat is het Triffin-dilemma.
Wie de reservemunt van de wereld levert, is verplicht tot handelstekorten.
De rest van de wereld moet goederen produceren en uitvoeren naar de VS om zo aan de broodnodige dollars te komen.
Deze dollars fungeren als reserves, zijn nodig voor de import van grondstoffen en worden gebruikt om leningen af te betalen.
De vraag naar dollars in de wereld is zo bijzonder groot waardoor de VS behoorlijk wat valuta kan printen zonder veel inflatie te riskeren.
De status van reservemunt geeft de VS extra koopkracht.
Koopkracht die andere landen eerst moeten verdienen door te produceren.
Nu echter de petrodollar aan het wankelen gaat, is het belangrijk voor de VS om weer meer te gaan produceren.
In de voorbije decennia liet men de productie graag aan anderen over (China bijvoorbeeld). Dat was ook nodig want enkel op deze manier konden deze landen aan de nodige dollars geraken.
Maar als we evolueren naar een nieuw systeem waarbij de VS het privilege van de petrodollar verliest, moet men dus in recordtijd weer zelf gaan produceren.
Het is vanuit dit perspectief dat je bijvoorbeeld de recent gestemde Chips Act moet bekijken.
Voor chipbedrijven die productie terug naar de VS brengen, liggen er voor $52 miljard aan subsidies gereed.
Je zou de indruk kunnen krijgen dat de oorlog in Oekraïne de Amerikanen wel heel erg goed uitkomt.
Europa kampt zo met enorm hoge energiekosten en is niet meer concurrentieel met de rest van de wereld.
Steeds meer fabrieken moeten noodgedwongen de fabriekspoorten sluiten en de Europese industrie dreigt compleet te imploderen.
De productie die zo verloren gaat, zal voor een stuk verschuiven naar … je raadt het al … de Verenigde Staten.
Bron: Nieuwsbrief Beurs Magazine